1 Samuel 25:14

SVDoch een jongeling uit de jongelingen boodschapte het aan Abigail, de huisvrouw van Nabal, zeggende: Zie, David heeft boden gezonden uit de woestijn, om onzen heer te zegenen; maar hij is tegen hen uitgevaren.
WLCוְלַאֲבִיגַ֙יִל֙ אֵ֣שֶׁת נָבָ֔ל הִגִּ֧יד נַֽעַר־אֶחָ֛ד מֵהַנְּעָרִ֖ים לֵאמֹ֑ר הִנֵּ֣ה שָׁלַח֩ דָּוִ֨ד מַלְאָכִ֧ים ׀ מֵֽהַמִּדְבָּ֛ר לְבָרֵ֥ךְ אֶת־אֲדֹנֵ֖ינוּ וַיָּ֥עַט בָּהֶֽם׃
Trans.wəla’ăḇîḡayil ’ēšeṯ nāḇāl higîḏ na‘ar-’eḥāḏ mēhannə‘ārîm lē’mōr hinnēh šālaḥ dāwiḏ malə’āḵîm| mēhammiḏəbār ləḇārēḵə ’eṯ-’ăḏōnênû wayyā‘aṭ bâem:

Algemeen

Zie ook: Abigail, David (koning), Nabal, Woestijn

Aantekeningen

Doch een jongeling uit de jongelingen boodschapte het aan Abigail, de huisvrouw van Nabal, zeggende: Zie, David heeft boden gezonden uit de woestijn, om onzen heer te zegenen; maar hij is tegen hen uitgevaren.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וְ

-

לַ

-

אֲבִיגַ֙יִל֙

het aan Abigáil

אֵ֣שֶׁת

de huisvrouw

נָבָ֔ל

van Nabal

הִגִּ֧יד

boodschapte

נַֽעַר־

jongeling

אֶחָ֛ד

Doch een

מֵ

-

הַ

-

נְּעָרִ֖ים

de jongelingen

לֵ

-

אמֹ֑ר

zeggende

הִנֵּ֣ה

Zie

שָׁלַח֩

gezonden

דָּוִ֨ד

David

מַלְאָכִ֧ים׀

heeft boden

מֵֽ

-

הַ

-

מִּדְבָּ֛ר

de woestijn

לְ

-

בָרֵ֥ךְ

te zegenen

אֶת־

-

אֲדֹנֵ֖ינוּ

om onzen heer

וַ

-

יָּ֥עַט

maar hij is tegen hen uitgevaren

בָּ

-

הֶֽם

-


Doch een jongeling uit de jongelingen boodschapte het aan Abigail, de huisvrouw van Nabal, zeggende: Zie, David heeft boden gezonden uit de woestijn, om onzen heer te zegenen; maar hij is tegen hen uitgevaren.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!